Mezen, in het bijzonder de Kool- en Pimpelmees, horen tot onze meest verspreide broedvogels.
Meer nog, niet alleen vogelaars, maar vrijwel iedereen kent ze, bv. vanop de winterse voederplaats in de tuin. Bijna iedereen koestert ze ook, omdat ze er zo sympathiek uitzien, omdat ze ons niet schuwen, en omdat ze hun grappige jongen graag grootbrengen in onze nestkastjes of zelfs brievenbussen.
Dat maakt dat mensen begaan zijn met mezen en wie een broedpaartje in de tuin heeft, weet dat dat al eens kan mislopen.
We horen schijnbaar almaar vaker dat voltallige nestjes jonge mezen sterven in het nest. Moeten we ons echt zorgen maken over die sterfte? En wat is in feite de echte oorzaak? Er wordt gesproken over bestrijdingsmiddelen voor buxusmotten, over anti-vlooienbandjes voor huisdieren, virussen, bactteriën...
Liefst horen wij één oorzaak zodat we weten hoe we het probleem moeten aanpakken.
Maar in werkelijkheid is het allemaal niet zo eenduidig, en liggen we soms zelf mee aan de oorzaak ervan... De sterfte wordt immers op veel grotere schaal vastgesteld in tuinen, en veel minder in het bos. In sommige gevallen zullen we voorkomen dat jongen het niet halen,
maar ook hier zijn er verschillende opties die we tijdens deze voordracht belichten.
Inschrijven = noodzakelijk door COVID-19
Deelname = gratis
Bij niet opdagen of annulatie minder dan drie dagen voor het evenement, zal u per mail gevraagd worden 10 euro te storten op onze eventrekening. Zo willen we vermijden dat écht geïnteresseerden niet kunnen deelnemen. Bedankt voor uw begrip.
Wanneer de lezing volzet is, kan je een mail sturen om op de wachtlijst te komen staan.